Sram XX SL Eagle Transmissie: prijzen en gewichten in een oogopslag
- Sequentieel logisch systeem: 414 gram / 700 Euro (zonder batterij)
- Accumulator: 24 gram / 49 Euro
- Zwengel (met kettingblad): 458 gram / 660 Euro
- Controleur: 46 gram / 240 Euro
- Cassette: 347 gram / 720 Euro
- Ketting: (126 links): 265 gram / 180 euro
- Totaal: 1554 gram / 2650 Euro (met vermogensmeter 3250 Euro)
Toen Sram in het voorjaar van dit jaar de nieuwe transmissieaandrijving presenteerde, was het even schrikken. Op de een of andere manier alles zoals de voorganger Eagle AXS aandrijflijn. Radiotransmissie, 1×12, bandbreedte. En toch was het de radicale heruitvinding van het circuit. De transmissie achterderailleur wordt niet meer rechtstreeks op het frame geschroefd via een extra derailleurhanger, maar via een UDH-link. De gradatie van het tandwiel is fijner. Daarnaast beloofde Sram schakelprestaties op een compleet nieuw niveau en maximale duurzaamheid van de componenten. Vooral dat laatste punt is van groot belang voor motorrijders die flirten met de premium XX SL-variant. De tandwielset alleen al kost immers een ongelooflijke 720 euro. De ketting kost 180 euro. Bedragen die niemand om de paar maanden wil investeren. Is de Transmission SL XX bestand tegen hardcore gebruik gedurende vele maanden? Om daar achter te komen, hebben we een seizoen lang de drive tot het uiterste gedreven.
Foto: Henri Lesewitz
Licht, duur, exclusief: maar is de Sram XX Eagle Transmission-aandrijving bestand tegen continue belasting?
De Sram XX SL Transmission moest zijn eerste grote test doorstaan nog voor zijn officiële marktintroductie. Ik, de BIKE-verslaggever, had een testgroep te pakken gekregen. Om erachter te komen of het marketingexemplaar van het persbericht de realiteit aansprak, schreef ik me in voor de zwaarste race die op dat moment plaatsvond. Naar de beruchte 24 uur in de Old Pueblo in Tucson/Arizona. De race is een van de oudste 24-uursraces ter wereld en bood de beste omstandigheden voor een geconcentreerde hardcoretest: een stoffig woestijncircuit dat met een eindeloos ensemble van korte beklimmingen de hoogste eisen stelt aan de versnellingen.
Foto: Henri Lesewitz
In de 24 uur werd bijna 300 kilometer afgelegd. Mijn conclusie: Het functionele verschil met de klassieke Eagle AXS was niet al te groot. Tijdens hard schakelen, zoals die zich voordoen in stressvolle racesituaties of plotselinge obstakels, schakelde de ketting echter merkbaar zachter. Niet crashen, zoals je gewend bent. En maak je geen zorgen, de ketting kan breken. Op een tijdelijke kettingsprong na, waarvan de oorzaak blijkbaar het fijne woestijnstof was dat in de kettingschakels was geslopen, werkte alles soepel. Na het schoonmaken van de ketting ging alles weer perfect. De tekenen van slijtage aan de delicaat bewerkte, gefreesde cassette van gehard staal (tandwielen 4 tot 12) en speciaal gecoat aluminium (tandwielen 1 tot en met 3) waren ook beperkt. Op kleine, oppervlakkige inkepingen na had de race geen sporen nagelaten. Verbazingwekkend.
Foto: Henri Lesewitz
De aandrijving was ook onopvallend in de daaropvolgende dagelijkse werking. Korte, snelle afterworkrondes afgewisseld met dagtochten. Tussendoor gingen we af en toe naar het bikepark. De nieuwe schakelpods bleken prettig. Ze zien er een beetje onhandig uit, maar ze zijn intuïtiever in gebruik dan de oudere schakelflippers. Ook de accuprestaties van de achterderailleur waren positief. Eenmaal opgeladen, was fietsen wekenlang mogelijk. Af en toe schoonmaken en oliën, dat was alles wat ik hoefde te doen naast het opladen van de batterij. De XX SL Transmission componenten bleken tijdens deze testfase resistent en betrouwbaar te zijn. Maar zou dat zo blijven? Want nu stond de ultieme duurtest voor de deur. Voor transmissie. Maar ook voor mij.
Foto: Henri Lesewitz
Maxxis BIKE Transalp: De ultieme test van uithoudingsvermogen voor de Sram Transmission high-end aandrijflijn
De Maxxis BIKE Transalp is een van de zwaarste mountainbikewedstrijden ter wereld. De wedstrijd, die in 1998 in première ging, had een gigantische marathonhausse teweeggebracht en wordt beschouwd als de moeder van de rittenkoersen. Nu dus de 25ste editie, die ik samen met mijn maatje Tino wilde rijden, die bij de eerste editie in 1998 al mijn teampartner was. Zelfs de nuchtere baangegevens gaven een idee dat het volgens alle regels van de kunst een uithoudingstest zou worden. 500 kilometer en 17500 hoogtemeters van Nauders op de Reschenpas naar Riva aan het Gardameer, verdeeld over zeven hels lastige etappes.
Foto: Igor Schifris
De Scott Spark met de Sram XX Eagle transmissie was de perfecte fiets voor deze duurtest. Licht, maar stabiel genoeg. Met een intrekbare zadelpen, gripvaste banden en twee bidonhouderposities. Met volledig opgeladen accu’s voor de achterderailleur en de radiografisch bestuurbare Rockshox telescopische paal gingen we aan de start. Alles op de fiets was nog origineel. De ketting, de cassette, het kettingblad. Eens kijken of dat aan het einde van de race nog steeds het geval zou zijn.
Foto: Igor Schifris
Tino en ik waren van plan om de podia in ontspannen modus aan te pakken. Maar dat kun je vergeten als je eigen lichaam is gemaakt van race-atomen en je een startnummer op het stuur hebt staan. De eerste beklimming ging in een stevig tempo, dat soms matig, soms steil naar de hemel leidde. Als het gaat om permanent op- en terugschakelen, toonden de nieuwe, ergonomisch perfecte pods hun sterke punten. Zonder verzoeken raken de duimen in elke situatie de impulsgenerator. Zowel links als rechts. Want in het technische terrein bergafwaarts was er veel te doen voor de telepost die door de linker shifter werd aangestuurd. Wegduiken, weggaan, weer wegduiken. De prop heeft nog nooit zo veel hoeven werken.
Foto: Markus Greber / Skyshot
Plotseling een knarsend geluid: de oorzaak is snel gevonden
De versnellingspook werkte zonder te rammelen en te crashen. Bij het versnellen in de vlakke passages merkte ik echter een knarsend geluid op dat ik nog nooit eerder had gehoord. Het moest iets te maken hebben met de positie van de kooi. Het was geen luid, verontrustend geluid. Gewoon een permanent, sonoor malen. Zodra ik een versnelling hoger schakelde, was het weg.
Foto: Markus Greber / Skyshot
Dus na de tweede fase gingen we naar het Expo-gebied, dat leek op een VIP-ruimte. Elke deelnemer kreeg indien nodig technische ondersteuning. Deelnemers die op een Scott-fiets reden en het complete programma op de Scott-stand kregen, hadden het bijna paradijselijk. Het enige wat je hoefde te doen was je fiets, die vies was van het podium, in te leveren bij de serviceploeg en hem een uur later terug te krijgen. Afgeveegd en gecontroleerd. Met vers geoliede ketting. En allemaal Pipapo. De monteur herkende meteen waar het slijpen vandaan kwam. De derailleurkooi zat in de breedste versnelling te dicht bij de liggende achtervork, waardoor de ketting ging slijpen. Volgens de deskundige kwam dit niet door de belasting van de BIKE Transalp, maar door een verkeerde basisinstelling tijdens de eerste montage. Het probleem was opgelost in slechts een paar eenvoudige stappen. Geen lawaai meer. Alleen heerlijke stilte bij het trappen. Perfect.
Foto: Markus Greber / Skyshot
De race eiste het materiaal tot het uiterste op. De route was een mix van alles waar mountainbiken om draait. Lange beklimmingen. Kronkelende paden. Snelle afdalingen. Grind, kruiden. Bosbodem, ook een beetje asfalt. De remblokken werden na de vierde etappe afgeschuurd. De rit bleef echter niet onder de indruk van de omstandigheden. De bedienings-LED van de circuitbatterij brandde ook groen tot het einde van de race. Herladen was niet nodig.
Foto: Bernd Sigel
Na een technisch uiterst veeleisende zevende etappe met de ruigste trails en verraderlijke afdalingen, Tino en de finish in Riva. Versleten en gelukkig, net als in 1998. Een perfect moment. Voor de souvenirfoto houden we de fietsen omhoog die ons trouw over de 500 kilometer hebben gedragen. Thuis neem ik de afzonderlijke componenten van de XX SL Eagle transmissie onder de loep.
Foto: Henri Lesewitz
Op zoek naar aanwijzingen: In hoeverre had de 3000 kilometer invloed op de aandrijving?
De achterderailleur ziet er versleten uit, maar dit komt vooral door de nog ongewassen staat. Technisch is alles nog vlekkeloos. Niets is afgewezen. Niets rammelt. Niets is traag. Niets is gebogen. Slechts een paar oppervlakkige krassen in het aluminium vertellen over het harde werk van de afgelopen maanden. Praktisch: Sram biedt onderdelen zoals het buitenste parallellogram ter vervanging aan. Als u waarde hecht aan een onberispelijk uiterlijk, kunt u eenvoudig bekraste onderdelen vervangen.
Foto: Henri Lesewitz
Het Magic Wheel van de achterderailleur is een exclusief kenmerk van de XX SL-versie. De buitenste plastic ring drijft op de eigenlijke aluminium rol. Als een stok of tak vast komt te zitten in de roller, blijft de buitenste tandring draaien op de geblokkeerde roller. Dit beschermt de dure carbon kooi tegen schade.
Foto: Henri Lesewitz
Zelfs na 3000 kilometer en met het vuil van de BIKE Transalp werkt het Magic Wheel nog steeds, zo bewijst een test. Stof en modder verstopten of verstijfden de buitenste tandwielring niet.
Foto: Henri Lesewitz
De katrollen hebben goed afgedichte, soepel lopende lagers. Uit de controle blijkt dat ze nog steeds zo glad lopen als boter. Corrosie is ook geen probleem. Gecorrodeerde, ruw lopende lagers zijn vaak een probleem met katrollen. De uitwisseling kan duur zijn. Een ruilset voor de Eagle topgroepen kost net geen 90 euro. Het is goed als de rollen duurzaam zijn.
Foto: Henri Lesewitz
Verbazingwekkend! De filigraan XX SL cassette heeft slechts kleine sporen opgelopen in hardcore gebruik. De onderste negen tandwielen van gehard staal zijn bestand tegen continu gebruik op een zodanige wijze dat Nauwelijks iets stoorde. En zelfs de grote aluminium tandwielen geven nauwelijks een indicatie van de 3000 gereden kilometers. Dat hadden we niet verwacht. Vooral met de aluminium tandwielen hadden we sterke tekenen van slijtage en zelfs verschuivende inkepingen verwacht. De cassette met de gelijkmatige gradatie overtuigt over de hele lijn. Toch blijft 720 euro een prijs boven goed en kwaad.
Foto: Henri Lesewitz
De UDH-houder maakt de transmissieaandrijving oninteressant voor eigenaren van oudere fietsen met conventionele derailleurhangers. Als de fiets echter een UDH-link heeft, wordt transmissie aanbevolen. De achterderailleur is bomvrij en de afstand van de kooi tot de cassette is altijd optimaal. Ook de accu was overtuigend. Hij hield het lang vol. Enkele weken zonder opladen is geen probleem. Eén keer was de accu leeg omdat ik het opladen had uitgehold. Gelukkig heeft de Rockshox paal dezelfde accu, dus ik kon hem vastklikken aan de achterderailleur.
Foto: Henri Lesewitz
Geen vuil, geen vocht: de contacten bleven schoon ondanks talrijke tochten in de regen en modder. Goed gedaan. Als de contacten zouden corroderen, zou het slechts een kwestie van tijd zijn voordat het circuit zigzagt.
Foto: Henri Lesewitz
De flattop ketting met de gefreesde nokken is volledig bijgesneden voor lichtgewicht constructie. Ze kreeg regelmatige, maar niet overdreven zorg. Na de BIKE Transalp zat ze nog strak op de oprit. Een vervanging is ondanks 3000 afgelegde kilometers nog niet nodig. Dat komt goed uit, want de ketting kost een waanzinnige 180 euro. Zelfs het kettingblad met de speciale T-type tanden, dat alleen voor de transmissielijn is gereserveerd, vertoont nog geen echte slijtage.
Foto: Henri Lesewitz
De holle carbon cranks van de XX SL-lijn vertegenwoordigen wat technisch mogelijk is. Ze zijn licht en stijf. Ze zijn niet krasbestendig, daarom worden ze geleverd met rubberen beschermkappen. Deze moeten worden achtergelaten en niet, zoals onze tester, worden verwijderd omwille van de schonere look. Eigenaardigheden zijn in dit geval onvermijdelijk.
Foto: Henri Lesewitz
De klassieke XX AXS groepset heeft schakelflippers die niet voor iedereen zijn. De nieuwe pods zien er veel dikker uit, maar komen qua gevoel dicht in de buurt van klassieke shifters. In onze test waren de shifters overal overtuigend. De knoopcellen gaan lang mee en hoefden niet te worden vervangen. Je kunt de pods in elke gewenste positie op het stuur zetten. En de toewijzing van de toetsen kan via AXS APP naar eigen voorkeur worden ontworpen.
Foto: Henri Lesewitz
De twaalf tandwielen zitten dicht bij elkaar. Vuil bezinkte echter niet zodanig dat de functie werd aangetast. Op de foto is te zien hoe gelijkmatig de tandwielen zijn gesorteerd. Met de klassieke Eagle cassettes is de sprong van voorlaatste naar laatste versnelling enorm. Dat is een zwak punt van de oudere cassettes.
Foto: Henri Lesewitz
Na nog veel meer tochten en een paar bikeparkbezoeken loopt het seizoen nu ten einde. Als tester ben ik weliswaar een beetje teleurgesteld dat de SL XX Eagle Transmission zo niet onder de indruk was van mijn duurtest, die me hectoliter zweet kostte. Als motorrijder ben ik echter blij met de kwaliteit van de componenten. Dat had ik niet verwacht.
Foto: Henri Lesewitz
CONCLUSIE Henri Lesewitz, BIKE-verslaggever
Ik weet uit jarenlange ervaring dat de Eagle aandrijvingen enorm duurzaam zijn. Ik heb er vele duizenden kilometers mee gereden, bijna altijd zonder problemen. Maar ik was sceptisch over XX SL Eagle Transmission. Vanwege de delicaat vervaardigde cassette en de gefreesde ketting. En ook vanwege gimmicks als het zwevende Magic Wheel. Vooral bij de cassette had ik duidelijke gebruiks- en slijtagesporen verwacht tijdens het hardcore gebruik. Ik ben onder de indruk van het feit dat de rit nog steeds werkt zoals op de eerste dag na bijna 3000 kilometer.